Month: November 2010

Neen!

Nog een geluk dat ik zwijg.

De man heeft de macht, daar aan de andere kant. In mijn living is er enkel frustratie.
En dat ik moet zwijgen, zeggen De Mensen Die Het Kunnen Weten. Voor de toekomstige goodwill. Want de macht de macht.

Dat het ook relatief is. De mening van één — overigens niet bijster eloquente — man, meer niet. Iedereen mag meningen hebben. Ge moogt zelfs G. Hoste goedvinden. Ik neem dat de man dat persoonlijk niet kwalijk. Ge moet uw vrienden steunen, ik versta dat.

En ik moet zwijgen ja. Ook al breekt hij gratuit af waar een jaar hard aan gewerkt is, hier onder mijn dak. Met passie en bloed en zweet en tranen. En liefde van iedereen.
En dat “ik vond het niet grappig” een mening is, en \”de mensen moesten niet lachen\” een leugen: ik mag dat niet zeggen. Ook al hoort dat tweede eigenlijk niet bij het genre. Ik moet daarover zwijgen, want de toekomstige goodwill en de macht de macht.

Ik zwijg dus. Maar ik heb hem wel gedefriend op facebook. Daar heeft hij vast niet van terug.

Ja!

Kudos voor Pastoe.

Weet ge nog dat ik eens iets heb geschreven over Interieur en hoe we daarheen gingen om een mooie kast te bekijken? Blijkbaar hebben een aantal van u op die link naar die kast geklikt en hebben de mensen van Pastoe dat gezien in hun statistieken. En zo kreeg ik deze ochtend een mailtje van ene Remco, die via de contactpagina informeerde wat we vonden van de Totem, die keer op Interieur. Ik mailde terug dat we hem heel mooi vonden, maar dat het dus niet zou lukken in onze living omdat het systeem niet verplaatsbaar was, en dat we dat wel nodig hadden. Maar dat we op hun stand ook andere mooie opties hadden gezien. Remco antwoordde dat ze eventueel wel wieltjes zouden kunnen monteren, maar dat hij vreesde dat de Totem te zwaar is om een echt stabiel resultaat te krijgen. Ik informeerde ook nog naar die andere kasten, waar we die zouden kunnen bekijken en wie hij zou aanraden om daar advies in te geven en kreeg vervolgens een adres doorgestuurd in Gent en in Antwerpen, en de grote showroom in Utrecht. Remco sloot af met “Succes en als je nog vragen hebt, verneem ik het graag.”

Ik vind dat chique, zo’n service. Dat iemand van een firma zodanig achter de producten staat dat er tijd wordt genomen om te antwoorden op vragen, om advies te geven en te proberen eventueel toekomstige klanten zo goed mogelijk bij te staan. En! Dat dingen die op internet verschijnen over hun gamma echt opgevolgd worden. Zulke dingen boezemen mij vertrouwen in en vertrouwen is goed, als ik overweeg een dure aankoop te doen. Een goed voorbeeld van juist gebruik van online media, zou Pietel zeggen. En ze hebben er niet eens voor moeten betalen, gewoon vriendelijk zijn. Kudos voor Pastoe dus. En voor Remco.

mediagedoe

Gervais.

Gisteren werd hier een filmke gehuurd op de belgacom-bak. Een aanrader, niet in het minst omwille van Ricky Gervais, die een zeer fijne meneer blijft. Eender welke rol hij speelt, hij blijft meesterlijk een soort ongemakkelijk gevoel oproepen bij ondergetekende: een mix tussen plaatsvervangende schaamte en overweldigende empathie. Ik wil altijd een dekentje over Ricky Gervais leggen en hem ergens te slapen leggen, want hij is zo triest. Maar dan wel met een plakker over zijn mond zodat hij stopt met genante dingen zeggen.

Ja!

Good times. Good times.

De reclame-regie mailde vorige week, of ik iets wilde schrijven over de Canarische Eilanden, in kader van het ons allen momenteel als grote blauwe monsters overvallende winterblues. Ik antwoordde dat ik niet meteen zag hoe ik daarover kon schrijven, behalve als ik eens zou vertellen over die keer dat vriendin B en ik “I will survive” tweestemmig zongen voor een bar vol overdreven enthousiaste Engelsen. Ze moesten lachen, zouden wel verder zoeken dan. En ik schreef het toch. Voor de herinnering en omdat het zo leuk was, daar op de Canarische. En dat ik het winterblues-gewijs nu niet zou afslaan, zo’n reisje naar de zon.

Op onze blote voeten stonden we daar, in het reisbureau. Dat we graag eens op reis zouden gaan. Twee 20-jarigen met het zot in onze kop. Waar we heen wilden? Maakt niet uit, als het maar warm is. Wanneer we wilden vertrekken? Neen, vanavond lukte niet meer. Morgenvroeg, eerste vlucht. Tenerife.

Last second, heette dat. En het betekende dat we van tevoren niet wisten welk hotel we zouden hebben. Er zou een busje op de luchthaven staan en dat zou ons naar een beschikbare kamer brengen. We haalden onze schouders op, want wat gaf het ook: het academiejaar zou bijna weer beginnen en er was in de Vlaanders een week hondenweer voorspeld. Dus als we maar wegwaren, was al de rest bijzaak.

De volgende week was een aaneenschakeling van de meest absurde situaties. We kwamen terecht in een *****-hotel, en hadden er een suite. Aangezien dit gigantisch uit het budget was van de modale student (behalve last second, aha) waren we de enige jonge mensen in het hotel. Wat privileges opleverde waar we zonder scrupules van profiteerden. Toen ze ons bij aankomst vroegen of we “drinks included” hadden geboekt, knikten we overtuigd en werden aldus geregistreerd. We werden ‘s ochtends vriendelijk gewekt door de receptie (“I thought you didn’t want to miss breakfast. Again”) en gingen dan maar in pyjama een eitje eten. We sliepen aan het strand of het zwembad, kregen demonstraties Capoeira van twee toevallige brazilianen op een toevallig terras in een al even toevallig vissersdorp. We gingen dolfijnen kijken, en lagen de hele dag te zonnen op de kajuit van de schipper. We zongen karaoke “omdat toch niemand ons kende”, gingen dansen in Motown zelve “omdat de muziek er zo funky was” en keerden onder het ochtendgloren per taxi terug naar onze suite.

Een week later kwamen we terug met een bruin vel, stroblond haar en een vettig Cockney-accent waar onze docente Engels maanden aan zou moeten schaven. Ah. Tenerife. Good Times, Good Times.

eten

Ik weekmenu.

Jawel, ook wij hier ten huize doen aan weekmenu’s. Anderhalve week, vaak, wegens dat ik niet elke week naar de colruyt kan. Maar dus wel degelijk planningen, want het leven kan hier soms ingewikkeld zijn: het lief en ikzelve hebben allebei een nogal onregelmatig leven, en om niet constant toevlucht te moeten zoeken tot koken met een gsm en een mobilette moet er hier al eens nagedacht worden over hoe we de voedselkant van het leven invullen. Daarom: een exclusieve kijk in onzen privé, en in mijn kookpotten voor de komende week.
Paars betekent: dingen die het avond-eten beïnvloeden — ofwel het lief uithuizig, ofwel ikzelf. Op zo’n dagen probeer ik zoveel mogelijk ‘s middags te koken, maar als het werkendag is, dan eet ik ‘s avonds brol, en het lief eet brol op zijn optredens.
Groen betekent: dingen die ik moet maken voor de volgende dag. Ik werk voltijds é, dus organisatie is key.

Enfin. Het ziet er zo uit. (klik voor groter)
weekmenu

Ik maak veel soep ja, mijn kind eet dat graag en ik ook. Voor de rest van de recepten: er is een keer het kieken, want dat is mijn lief zijn favoriet.
De rest is vrij simpel. Een ovenschotel, een vis die ik met tapenade insmeer voor hij in de oven gegooid wordt. Een keer vlees, patatten en groenten. Veel recept kan ik dus niet vertellen, tenzij van deze geniale pasta met pompoen.

Snij de pompoen in blokjes, strooi er ruim rozemarijn over en een paar teentjes geperste knoflook. Overgiet met olijfolie en zet in een oven op 200°. Lees een boekje of hou u op andere onnuttige manieren bezig: de pompoen moet toch drie kwartier in de oven, en de rest is maar twintig minuutjes werk. Vrije tijd dus.
Na een half uurtje: breng water aan de kook.
Snij een rode ui in ringen, smelt boter in een pan en laat de ui even stoven. Overgiet met wat honing en laat een beetje karameliseren. Voeg een flinke scheut kippenbouillon toe (ik gebruik een half blokske, want ik ben niet zot en ook geen wonderhuisvrouw, dus ik heb geen tijd om dat vers te maken) en laat pruttelen.
Als het water kookt: kook uw penne.
Snij een blok feta in blokjes.
Als alles klaar is: penne afgieten, veel olijfolie erover. Pompoen uit de oven, bestrooien met grof zout en zwarte peper. Uienmengsel erbij kappen, mengen en dan de pasta erdoor mengen. Op het einde: de feta en de rucola erin en nog eens mengen. Direct opdienen, overstrooien met parmesan of andere kaas die ge ter plekke grof raspt. Lekker en al.

Hou weekmenuten in de gaten voor het eten van creatievere geesten.