Year: 2024

En al

It wasn’t much of a plan, I just started walking.

Het is niet dat ik ooit gestopt ben met schrijven.

Schriften vol gekrabbel, word-files vol geraas. Het is er altijd geweest en het zal voor altijd zo blijven. Maar wat hierop kwam, in die actieve jaren (2004-2018, zo schat ik), was anders. Omdat er een publiek was, of althans kon zijn.
In mijn private navelstaarderij zonder toehoorders blijk ik slordig. Halve gedachten worden geen echte redeneringen als ik ze gewoon ergens nauwelijks leesbaar in een tof schriftje neerkriebel. Kronieken vervallen in steekwoorden, en die luiheid is nefast voor het ordenen van mijn gedachten. Zelfs mijn (te talrijke) meningen zijn minder doordacht als er niemand luistert of op zijn minst doet alsof.

Waarom ligt het hier dan op zijn gat en al zo lang? Door al die platformen waarop al die meningen kunnen. Met filters en hashtags en een mens heeft daar geen werk aan. Daartegenover: de complexiteit van dit systeem. Inloggen, schrijven, publiceren, fotooke erbij in een ideaal scenario. En delen ook natuurlijk. Op facebook en twitter en op andere plaatsen want de mensen verwachten dat gelijk en personal branding is een dingetje zo schijnt het. TEH PRESSURE. En dan oei. Ik heb al een week niet geschreven. Twee weken en mensen stellen vragen. Drie weken ik krijg mails van alles goed en ca va wel met u.

Wat blijkt. Als drie weken drie maanden worden dan stoppen de vragen en is de druk weg. Als drie maanden er zes worden dan vergeet je het zelfs een beetje. Publiek noteren kan immers in theorie ook in formats van 140 tekens of met een mooie foto in drie keer drie beelden op een grid. Bijna even goed, alleen vind je een jaar later je eigen gedachten niet meer terug. Ah.

Dat zij hier gewoon nog is, dat deed me gisteren glimlachen alsof het 2004 is. Omdat toeval niet bestaat, had ik bovendien een ongerelateerde conversatie deze ochtend waarin het woord wijvenweek viel.

Benieuwd waar dit allemaal gaat eindigen.

En al

Pale blue colored iris.

Ah. Hoe weinig kunnen mensen veranderen, ook al gaan er jaren over. Opvallend ouder, blonder (omdat grijzer niet goed was voor mijn ego), wat bedachtzamer, veel meer rimpels en hopelijk een pak minder streken. Maar toch nog altijd hetzelfde stramien: een onbeduidende aanleiding, wat opzoeken en dan opeens poef namiddag voorbij. 27 forever, dat zijn niet enkel loze woorden zo blijkt.

Het begon met iemand die een vraag stelde, ik die wist dat ik die vraag ooit min of meer had beantwoord op mijn blog-erf. En dus moest ik zoeken en er was een error en die moest natuurlijk weg en ik klikte ondertussen wat rond terwijl ik aan het wachten was op antwoorden van Iemand Die Er Meer Van Kent En Problemen Oplost In De Support-Chat Waar Ik Nog steeds Voor Betaal.

En toen bedacht ik dat ik daar wel blij van werd, van schrijven. En of ik mijn paswoord nog zou weten, dat was ook een interessante vraag.

Enfin. Het is 2024, mensen.

Degene die zonder googlen weet uit welk nummer (van 30 – JA DERTIG – jaar geleden) de titel komt, wint de kerygma-award 2021-2024. Want die bestaat weldegelijk sinds vandaag.