Month: May 2012

werk

De tablet. Het onderwijs.

Iedereen aan de iPad! Het werd een paar weken geleden geroepen in allerhande gazetten en televisieprogramma’s. En nu is er het opiniestuk in De Standaard, dat de iPad geen plaats heeft in de klas. Ik heb mijn wenkbrauwen gefronst bij sommige boude stellingen voor en tegen. Allemaal extreme meningen, en ik heb er ook eentje, maar in tegenstelling tot wat u van mij gewoon bent, is het deze keer een genuanceerde. Zo gaat dat, als het over mijn job gaat. Dan denk ik niet zwart-wit, want het onderwijs is dat ook niet. Ik zou hier uren over kunnen discussiëren en praten, maar mijn tijd is ietwat beperkt. Vergeef me dus het stream-of-consciousness-gehalte van deze post, maar ik wilde in de rapte een paar dingen op een rijtje zetten. (more…)

kinderspam

Vandaag.

* Vandaag was de dag dat mijn dochter voor het allereerst geen middagdut deed. Dat was te stom, namelijk. Als een kind al uren als een slappe vod in de zetel voor televisie hangt, dan steekt ge die niet in haar bed om te dutten. En al helemaal niet als ze vlak voor het normale dutjesuur de halve living ondergekotst heeft.

* Vandaag was de dag die begon om 00.02 met een huilend meisje, en een eerste dosis junifen. Het was de dag van hangerig van bij het opstaan, van koorts die de hele ochtend bleef. Van een afspraak bij de huisartsenwachtpost. Van een vermoedelijke virale infectie-diagnose.

* Vandaag was de dag van afwisseling. Van slappe vod naar hyperactief naar slappe vod. Van alles onderkotsen naar met smaak een toastje eten en chocoladekoekjes. Allemaal dankzij junifen. Junifen is god.

* Vandaag was de dag dat mijn lief deed voor haar wat hij doet voor mij als ik ziek ben.

Wie ziek is, krijgt een priveconcert.

* Vandaag was de dag dat mijn kleine voor het eerst cola dronk. En ze het niet wist. Wegens in een ondoorzichtige drinkbeker gedaan en “medicijndrank” genoemd.

* Vandaag was zowat de hele dag in de zetel, voor televisie. Van mijn hart in duizend stukjes door dat gloeiend warme lijfje tegen me aan.

* Morgen is de dag dat mijn dochter voor het eerst een schooldag gaat missen omdat ze ziek is.

kinderspam

De grootste droom van allemaal.

In het magazine van onze gazet staat deze week een artikel waarin ouders vertellen wat ze dromen en hopen voor hun kind. Er staat een koppel in op wiens trouwfeest ik ooit was, aan een chique ronde feestdis met zes obers per tafel die alle stolpen dan in één beweging van de borden haalden. Met hun witte handschoenen en al, indruk makend op de 18-jarige ik, normaal altijd in jeans maar voor de gelegenheid in een rood kleedje en met mijn haar omhoog gestoken. Ik ken het koppel verder niet, en eigenlijk dat het niets ter zake, maar ik moest eraan denken.

Anyways. We zaten daarover te praten, het lief en ik. Over wat ge droomt en hoopt voor uw kind. En hoe dat voor verschillende mensen zo verschillend is. En over wat wij dromen voor ons explosief peutergeweld, dat tegenwoordig bont en blauw door het leven gaat omdat ze zo wild tegen de realiteit en de zwaartekracht in gaat dat er elke dag wel een kwetsuur bijkomt. Dat ze zichzelf niet te erg pijn doet in dat proces, dat is dus momenteel mijn prioritaire droom. Maar er is meer, natuurlijk. Een beetje toch.

Ik hoop dat ze vrienden krijgt zoals wij er hebben. Van die vrienden die als een warme deken zijn op een terras. Ge weet wel, in de zomer, ‘s avonds, als de stemmen gedempt zijn en uw vel wat trekt van die dag te lang in de zon te zitten. Als het dan een beetje kil wordt, zo in het donker, en ge binnen een dekentje gaat halen en alles is dan weer zo perfect als maar kan zijn. Zo zijn onze vrienden. Vanzelfsprekend, altijd daar als het nodig is, en altijd precies wat ge nodig hebt op dat moment. Ik hoop dat ze er ook zo vindt.

Ik hoop dat ze geraakt wordt. I hope she cares. Dat ze zich de wereld kan aantrekken en ze niet onverschillig aan de kant staat. Dat ze kwaad kan worden over dingen en dat ze intens en overweldigend blij kan zijn over iets. Dat ze passie vindt in haar leven. In haar werk, in haar liefde, in kinderen of in iets dat ze gewoon graag doet.

Ik droom dat ze later graag leeft. Dat ze graag lacht, dat ze bruist en zich kan geven. Dat ze niet bang is van het leven.

En voor de rest droom ik niets. Ik heb geen hoop over wat ze later gaat studeren, gaat worden, gaat doen, gaat zijn. Alleen gelukkig en content. Dat is al meer dan genoeg.

Neen!

Uitleggen en peten tekenen, zeggen ze bij ons.

Ik ben een moeder van regels. Hele simpele, dat werkt het best. Niet zo heel veel regels ook, zodat degene die er zijn, wel duidelijk zijn.
Een van die regels, die overigens maar zelden (lees: dagenlange regen, baldadig peuter. Of vernielzuchtig kind net als ge uw boodschappen van de Colruyt in de diepvriezer moet krijgen en er niemand in de buurt is om haar af te leiden. Maar zelden dus.) gebroken wordt, is die over de televisie: er wordt televisie gekeken als de pyjama aan is. En anders niet. Het leuke aan die regel is dat een mens daar al eens flexibel in kan zijn: als het een hele lastige dag is geweest, dan gaan we wat vroeger in bad, en mag ze een beetje meer tv kijken. En in het weekend kan een mens al eens wat langer ‘s ochtends in pyjama rondlummelen, en mag de tv dus langer aanblijven. Topregel. Want als de pyjama aan is, dan is het net Kaatje. Met leuke programma’s die de dochter helemaal het einde vindt. Dat van die vervelende Einsteins, bijvoorbeeld. Of die Angelina Ballerina met haar kwetterstem. Ik ben er allemaal niet zot van, dat is waar, maar een mens moet het kind ook iets gunnen, en het kind vindt het fantastisch.

Edoch. Ketnet is verhuisd. Ketnet heeft nu ZIJN EIGEN ZENDER. Juicht, gij allen. Want de verhuis is megahipperdecool, dat hebben we allemaal gemerkt de laatste weken. Met dozen en gedoe en een grote show. Het is hen gegund, dat is evident. Alleen spijtig dat die eigen zender ook betekent dat Ketnet+ wegvalt. Ketnet+, waar mijn kleine haar klein uurtje Kaatje tankte, elke dag. En Ketnet+, dat er in het weekend voor zorgde dat ik ‘s ochtends nog even in de zetel kon dommelen, met een gezellig kindje naast mij onder het tv-deken. Weg.

Geen nood echter, zo verzekert men mij. De peuter- en kleuterprogramma’s zijn er (en ik citeer) specifiek op de momenten dat peuters en kleuters voor tv kunnen zitten: tussen 9 en 11.30 uur, en tussen 15.00 en 16.30 uur. Ik weet niet hoe dat met uw kinders is, maar de mijne zit dan op school, of tot voor kort in de creche. En al zeker niet in haar pyjama.
Gelukkig zijn er alternatieven. Kaatje op Ketnet is er op weekdagen van 6 tot 7u. Sejieus, ik heb er twee jaar over gedaan om mijn kind tot half acht te laten slapen, en ik ga dat nu niet meer veranderen.
kiezen we sinds 16 april voor breed toegankelijke programma\’s tussen 19 en 20u, waarmee we ook de 4 – 8 jarigen bedienen. Spijtig dat ze nog drie moet worden, natuurlijk, en er geen bal aan vindt, aan die breed toegankelijke programma’s.
En als ultieme argument “Wie ook buiten deze momenten meer Kaatje wil, kan terecht op de nieuwe ketnet.be. Naast het spelletjes-aanbod binnen de Kaatje site, kunnen kinderen er ook gratis volledige Kaatje-afleveringen bekijken in de videozone. Nieuw zijn ook de Kaatje \”boxen\”: samengestelde pakketten van 30 minuten met verschillende programma\’s voor peuters en kleuters na elkaar.” Want we weten allemaal dat voor een laptopscherm zitten precies hetzelfde is als in de zetel liggen bij uw mama om naar een programma te kijken, nietwaar.

Enfin. Onze digicoder staat geprogrammeerd om een paar dagen kaatje op te nemen en af te spelen. Maar ik vraag mij werkelijk af: is hierover nagedacht? En is er dan besloten: oh ja, die kleinste koters. Die kunnen toch niet protesteren.

Maar wel verdriet hebben hoor. Echt wel. Kijk maar naar Stefan zijn kleinen.

Neen!

I smell a rat.

Achter ons, in een oud fabrieksgebouw, is er momenteel een grote verbouwing aan de gang. Dat heeft zo zijn gevolgen: soms ruikt het buiten dagenlang naar azijn, omdat ze de ketels aan het ontmantelen zijn. Soms davert ons huis van de drilboren waarmee de muren en vloeren daar uitgebroken worden. Soms dwarrelt het stof op ons terras naar beneden, aan een tempo dat ik niet kan bijhouden qua opkuisen. En dan kindervoetjes op het terras, kindervoetjes binnen, gezucht van de moeder.

Kleine ongemakken, die we natuurlijk gemakkelijk verdragen, want het is in de essentie een fijn project. Oude fabrieksgebouwen worden gerenoveerd, en er komen wooneenheden in het oorspronkelijk gebouw. Bovendien kunnen we door het project binnen een paar maanden een echte tuin kopen (met poortje voor de fietsen!), want het gebouwtje aangrenzend aan ons huis wordt afgebroken.
Ook betekent dat: meer licht en openheid (geen gebouw meer!) en eindelijkeindelijk de vuile lekkende dakgoot die op ons terras overhangt en met zware gutsen regenwater mijn planten kapotmaakt weg.

Deze ochtend echter, nam ik een kop koffie en ging buiten een sigaret roken. En vlak voor mijn voeten, daar op mijn bloedeigen terras, flitste iets weg. Een rat, gedomme. Waarschijnlijk verstoord door de rioleringswerken hierachter die momenteel uitgevoerd worden. Maar ik kan daar dus niet mee lachen, peoples.
Een rat op mijn koer. En vooral: mijn kat die boven op het bed ligt te slapen, natuurlijk.