En al

Mijn onderbewustzijn is een dramaqueen.

Op de dochterschool wordt sinds halverwege september het u vast welbekende luizenbriefje meegegeven. Er zijn een paar keer luizen vastgesteld en de school vraagt dan om extra te controleren en te behandelen indien nodig. Dus doe ik af en toe natkammen en check ik elke dag in bad of douche het kleuterhaar en mezelf. De STIBO-mensen bekijken de hoofden van de kleuters ook regelmatig, en voorlopig is alles cool: geen spoor van besmetting bij de dochter.
Ik ben daar ook niet zo paniekerig over, trouwens. Ik weet dat het kan gebeuren en dat het niks met hygiëne te maken heeft. Ik heb ze zelf als kind gehad terwijl ik een zeer propere mens ben. Er was pok een periode waarin ik actief was als leiding op een speelplein en op vrijdag standaard mijn haar behandelde met een luizenshampoo, omdat ik anders zeker besmet geraakte. Allez, om maar te zeggen: ik kan er wel tegen.

Maar dan vraag ik mij dus wel af hoe het komt dat ik deze nacht droomde dat mijn kind, mijn lief, onze kat en ikzelf ten prooi gevallen waren aan luizen. Luizen die gemakkelijk even groot waren als een pink en die overal zaten. Op het hoofd, maar ook op de vloer, in de zetel, in het bed. Gigantische luizen dus, die ik in mijn droom opstofzuigde.

Ik ben wakker geschrokken op het moment dat ik ontdekte dat het opgezogen ongedierte opnieuw uit de stofzuiger was gekropen en van het katteneten aan het schrokken was.

Really, onderbewustzijn? REALLY?