Month: February 2014

En al

De nieuwe.

Hoewel wij meestal onze boodschappen doen in de beste groentenwinkel van de stad, en voor de andere dingen dan groenten en fruit bij de Bioplanet en de Colruyt winkelen, ga ik van tijd tot tijd eens graag naar Delhaize. Het is namelijk een beetje Bioplanet en Colruyt gecombineerd daar: ge hebt veel lekkere vegetarische dingen (De Vegetarische Slager, sinds kort! Protip!) en er is behoorlijk wat fancy stuff te vinden. Tapenades enzo, en verse kruiden. Het is ook de enige plaats waar ze haloumi hebben, iets wat mij nog steeds verbaast: dat niet alle supermarkten haloumi verkopen. Weten die dan niet HOE LEKKER DAT IS?

Enfin. In tijden dat het druk is (start van het semester, jawel) en ik eigenlijk nog niet al mijn energie terugheb (longgedoe weet u wel) is het de meest efficiënte oplossing.
Bovendien is de Delhaize waar ik kom net vernieuwd en dat heeft een onmiskenbare voordelen voor de mensenkijker die ik ben.

Na maanden werken in een volgestouwde marginale koude tent is het personeel duidelijk keihard in zijn nopjes met de nieuwe omgeving. Die mensen huppelen bijna de winkel rond, en ik vind dat op zich al een prestatie, want ze hebben bijzonder veel werk. Er is namelijk absoluut niemand van de klanten die al weet waar de dingen staan in de nieuwe winkel. En dus moet het personeel constant wijzen waar de pasta, kruiden, brood, slaatjes, fruitsap staat. Ondertussen is het er permanent een wirwar van vertwijfeld kijkende mensen en koppels die discussies voeren als “We moeten nog vaatwastabletten hebben, dat zal bij het WC-papier staan” “Neen, bij het waspoeder” “Zekers niet, dat zou onlogisch zijn”. Heerlijk.

Het mooiste is dat ze het systeem om buiten te rijden op de parking ook hebben veranderd. Vroeger moest ge een kaartje insteken, nu hebt ge een code nodig. Dat betekent dat elke keer als ge van de parking afwilt, er iemand staat te knoeien aan de slagboom. Codes ingeven. Kaartje in gleuf proberen frommelen. Daarna met een rode kop teken doen dat de mensen achteruit moeten rijden. Iedereen langs de kant, auto weer parkeren en naar binnen voor een code. Sommige mensen in de rij ergeren zich dood en er is sprake van vuile gebaren en getromp. Ik versta dat, als ge ergens op tijd moet zijn en al. Maar ik moet zelden ergens precies op tijd zijn, dus ik kan gewoon genieten en mensen die zich ergeren maken de show nog beter.

De nieuwe delhaize is topentertainment, vind ik persoonlijk.

Ja!

Represent 9000.

Drie Marokkaanse jongens met gespierd bovenlijf passeerden ons. We stapten net een berg af, in een vallei met wondermooie watervallen en een klimtocht van twee uur. Mijn papa had zijn elleboog geschaafd, mijn mama hield de hand van de gids vast bij weer een afgrond en de dochter sprong van rots naar rots. In een vorig leven was ze voorzekers een berggeit.

Foto’s van berg, vallei en berggeit volgen nog, maar nu gaat het over de drie jongens. Het waren twintigers, en ze waren gespierd. En toen ze ons passeerden lachte één van hen “Hierzie, Belgen.”

Geen Marokkanen die een paar woorden Nederlands hadden opgescharreld, dat hoorden we direct. “Vanwaar zijt ge?” vroeg één van hen, en het lief antwoordde van Gent.

– Serieus ofwa, wij ook, van De Brugse Poort maat, kent ge da?
– Echt? Wij ook. Meibloemstraat.
– Ojo! Ik woon in de Reinaertstraat. Sejieus. Dat is toch de max: dan woont ge een straat van elkaar en ge komt elkaar tegen op nen berg in den Atlas.

Of hoe een Gentenaar overal een beetje thuis kan zijn.

En al

Een week later.

Ik ben terug, met een bruin kleurtje op mijn vel, een roze op mijn teennagels (beautygedoe in da spa, jay!) en drie kilo hotelbuffet aan mijn botten.

Zoals steeds liet ik u niet weten dat ik op reis zou gaan, want dit is het internet, en zeggen op internet dat ons huis beschikbaar is voor leegroverij: ik blijf dat een slecht idee vinden. Ik heb het niet over u, dat is evident, u vertrouw ik. Maar al die anderen. *kijkt*

Ik trok met man, kind en mijn ouders naar het heerlijke Marrakech. Waar het internet slecht was en al de rust uitstekend. Echt, ik zeg het u, als u nog een vakantiebestemming zoekt in de winter of het voorjaar: dit is het. Levendige stad, lieve mensen, goeie hotels, 25 graden begin februari, imposante bergen en natuur vlakbij. Wij zijn keihard fan. Ik heb wat dingen in een boekje geschreven, en u heeft wat foto’s te goed ook. Maar ik moet nu eerst even terug naar de realiteit. Ge weet wel, de realiteit waarin morgen semester twee begint. De echte wereld waar het 5 graden is en regent.

Gelukkig is dat ook de echte wereld waarin Eurosong begonnen is. Gelukkig.

En al

Januari 2014.

– …begon met Disney en lieve vrienden. Een vreemde avond, door allerlei omstandigheden. Maar dankbaar dat ik ben, voor zo’n fijne maten.

-…zal altijd de maand zijn waarin ik ziek was. En geschrokken, ongerust, gefrustreerd en moe. En gefrustreerd over de trage vooruitgang. Met goede dagen en hele slechte. En had ik al gezegd met veel frustratie.

– …lijkt voorbijgevlogen, met precies alleen slapen en examens verbeteren. Ik moet diep nadenken wat ik nog deed.

– …was de maand van een goede gewoonte: niet meer tot bedtijd computeren of tv kijken, maar wel thee drinken en gemakkelijke boeken lezen. Mijn nachtrust heeft er deugd van gehad.

– …was de maand waarin mijn gewicht naar een getal dook dat er ook stond toen ik pas samenwas met mijn lief. Om er een week later weer boven te gaan, natuurlijk. Een mens moet aansterken, na ziekte.

– …was de eerste zwemles van de dochter, en de eerste yogales van mezelf.

– …was 5 chicklits. Vijf boeken is ongeveer wat ik de laatste vier jaar samen heb gelezen, dus ik ben wel fier op mijn eigen. Ook al was het pulp. Ik bouw op naar kwaliteit, natuurlijk, maar een mens mag niet te veel ineens eisen. En al zeker niet van zichzelf.

– …was een paar dagen aan zee, een uitstekend etentje bij JEF, een paar keer voetbal, een première, een paar fijne feestjes met de familie. En dat was genoeg voor januari.

– …is voorbij, en ik ben eigenlijk wel blij. Het was geen topmaand. Februari wordt dat misschien wel.